25/10/2025
FR/NL
Ce matin, le réveil est amer.
On a beau tout faire pour ne pas être les moutons noirs de la santé, cette image nous colle à la peau. Et pendant qu’on tente de prouver notre valeur, notre métier s’épuise, se vide de son sens et vacille sous le poids des exigences.
On nous demande d’être efficaces, rapides, disponibles, tout en absorbant la charge administrative, la pression financière et la fatigue mentale.
On parle de qualité, mais on ne nous en donne plus les moyens.
À trop vouloir de la qualité sans la récompenser, on finit par casser ceux qui la portent.
Beaucoup de kinés travaillent à temps plein, parfois avec une deuxième activité, juste pour tenir la tête hors de l’eau.
On fait ce métier par passion, pas pour s’enrichir, mais aujourd’hui, cette passion devient un piège : elle sert d’excuse pour accepter l’inacceptable.
Notre profession est en train de se transformer.
Certains travaillent à un rythme soutenu pour pouvoir garder leur équilibre financier,
d’autres tentent de préserver un maximum de temps pour chaque patient malgré la pression économique.
Mais quelle que soit la manière d’exercer, beaucoup finissent à bout de souffle.
Parce qu’au fond, la vraie différence ne se situe pas dans le nombre de patients vus,
mais dans le manque de reconnaissance, de soutien et de moyens pour exercer sereinement notre métier.
Et le plus frustrant, c’est que ceux qui créent les réformes, les lois, les règles,
ne sont pas sur le terrain.
Ils ne voient pas la réalité de nos journées, ils n’entendent pas les patients,
ils ne mesurent pas la charge, la fatigue, les sacrifices.
Ce sont souvent des économistes qui manipulent des chiffres pour « équilibrer » un budget,
sans comprendre que derrière chaque chiffre, il y a un soignant, un humain, un métier en souffrance.
Mais l’humain ne se gère pas en pourcentages.
On ne soigne pas des tableaux Excel, on soigne des personnes.
La convention, elle, ne résout rien.
Elle sécurise les dépenses publiques, mais plombe notre bien-être.
Nous faisons partie des rares professions indépendantes à voir nos honoraires imposés et limités par l’État.
Oui, il faut que les soins restent accessibles, mais pas au prix de notre propre équilibre.
Les indexations ne couvrent même plus la hausse du coût de la vie : elles permettent juste de s’appauvrir un peu moins vite.
Et dans tout ça, où sont les améliorations concrètes qu’on nous promettait ?
- La digitalisation, qu’on nous vend comme une avancée, n’en est qu’à ses prémices… et montre déjà ses limites.
- Une refonte de la nomenclature ? On en parle, oui, mais ce n’est toujours pas une priorité.
- Un allègement administratif ? Inexistant, voire tout le contraire.
- Une véritable revalorisation ? On n’en parle même pas vraiment, mais il faudra sans doute attendre la M27 pour espérer une convention un peu meilleure.
En attendant, tout augmente : le matériel, les charges, les loyers, les voitures, l’électricité…
Et pendant que le monde avance, les kinés croulent dans l’ombre, sans lumière, sans reconnaissance, sans perspective.
Le gouvernement tangue, et s’il s’effondre, on risque de garder la discrimination de remboursement, avec encore moins de liberté et plus de contraintes.
Alors oui, ce matin, le réveil est amer.
Parce qu’on aime notre métier, mais on ne le reconnaît plus.
Parce qu’on soigne, mais on s’épuise.
Et parce qu’à force de tirer sur la corde, il ne faudra pas s’étonner quand elle finira par casser.
Et quand elle cassera, ce ne sont pas les kinés qui manqueront à la société,
c’est la qualité des soins qui disparaîtra avec eux.
Enfin, parce que nous croyons encore au changement, nous proposerons une idée de réforme,
réfléchie et issue du terrain.
Elle n’engage que nous, et cela ne signifie pas qu’elle verra le jour,
mais elle aura le mérite d’exister, d’ouvrir le débat et de redonner un peu d’espoir à notre profession.
La suite ce soir à 20h00.
------------------------------------------------
Nederlandse versie (vertaling door Jeff, persoonlijke assistent)
Vanmorgen voelt de ontwaking bitter aan.
Hoe hard we ook proberen om niet als de zwarte schapen van de gezondheidszorg gezien te worden, dit imago blijft ons achtervolgen. En terwijl we ons best doen om onze waarde te bewijzen, raakt ons beroep uitgeput, verliest het zijn betekenis en wankelt het onder de toenemende druk.
Er wordt van ons verwacht dat we efficiënt, snel en beschikbaar zijn, terwijl we de administratieve last, de financiële druk en de mentale vermoeidheid blijven dragen.
Men spreekt over kwaliteit, maar geeft ons niet de middelen om die te leveren.
Wie te veel kwaliteit vraagt zonder erkenning of waardering, breekt uiteindelijk degenen die ze dragen.
Veel kinesitherapeuten werken voltijds, sommigen combineren zelfs met een tweede activiteit, gewoon om het hoofd boven water te houden.
We doen dit werk uit passie, niet om rijk te worden, maar vandaag is die passie een val geworden: ze wordt een excuus om het onaanvaardbare te blijven aanvaarden.
Ons beroep is aan het veranderen.
Sommigen werken aan een hoog tempo om financieel te kunnen overleven,
anderen proberen ondanks de economische druk zoveel mogelijk tijd te nemen voor hun patiënten.
Maar hoe je het ook aanpakt, velen raken uitgeput.
Want uiteindelijk ligt het verschil niet in het aantal patiënten dat je ziet,
maar in het gebrek aan erkenning, ondersteuning en middelen om ons werk op een gezonde manier te kunnen doen.
En wat het meest frustrerend is: zij die de hervormingen, wetten en regels maken,
staan niet op het terrein.
Ze zien onze realiteit niet, ze horen de patiënten niet,
ze voelen de last, de vermoeidheid en de offers niet.
Het zijn vaak economen die met cijfers schuiven om een begroting “in evenwicht” te brengen,
zonder te beseffen dat achter elk cijfer een zorgverlener, een mens en een beroep in moeilijkheden schuilgaan.
Maar de mens laat zich niet in percentages beheren.
We behandelen geen Excel-tabellen, we behandelen mensen.
De conventie lost niets op.
Ze beschermt de overheidsuitgaven, maar schaadt ons welzijn.
We behoren tot de weinige zelfstandige beroepen waarvan de tarieven door de overheid worden opgelegd en beperkt.
Ja, zorg moet toegankelijk blijven, maar niet ten koste van ons evenwicht.
De indexeringen dekken de stijging van de levensduurte niet eens: ze zorgen er enkel voor dat we iets trager armer worden.
En in dit alles, waar blijven de concrete verbeteringen die men ons beloofde?
- De digitalisering, die als vooruitgang wordt voorgesteld, staat nog maar in haar kinderschoenen… en toont nu al haar beperkingen.
- Een herziening van de nomenclatuur? Er wordt over gesproken, ja, maar het is nog steeds geen prioriteit.
- Een administratieve vereenvoudiging? Onbestaande, of zelfs het tegenovergestelde.
- Een echte herwaardering? Daar spreekt men nauwelijks over, en we zullen waarschijnlijk moeten wachten tot M27 om te hopen op een iets betere conventie.
Ondertussen stijgt alles: het materiaal, de kosten, de huur, de auto’s, de energie…
En terwijl de wereld vooruitgaat, zuchten de kinesitherapeuten in de schaduw, zonder erkenning, zonder perspectief.
De regering wankelt, en als ze valt, riskeren we de terugbetalingsdiscriminatie te behouden, met nog minder vrijheid en meer beperkingen.
Dus ja, vanmorgen voelt de ontwaking bitter aan.
Omdat we van ons beroep houden, maar het niet meer herkennen.
Omdat we zorgen, maar zelf uitgeput raken.
En omdat, als men blijft trekken aan het touw, men zich niet zal mogen verwonderen wanneer het breekt.
En als het breekt, zullen het niet de kinesitherapeuten zijn die de samenleving zullen missen,
maar de kwaliteit van de zorg die samen met hen zal verdwijnen.
Tot slot, omdat we nog steeds in verandering geloven, zullen we een hervormingsidee voorstellen,
doordacht en vanuit het werkveld.
Het bindt enkel ons, en dat betekent niet dat het ooit werkelijkheid wordt,
maar het verdient het om te bestaan, om het debat te openen en om ons beroep weer een beetje hoop te geven.
Het vervolg vanavond om 20u00.