14/04/2017
Familie ruzies zijn van alle tijden. Recentelijk kreeg ik via Jan Caluwaerts (FamilyResearch) bijgesloten akten, opgesteld op 30 juli 1688. Het betreft Theodoor Roucourt uit Diest, die zijn vrouw slecht behandelde. Waarschijnlijk gaat het om brouwer Theodorus (1659-1739), die in 1686 trouwde met Anna Vrancken. Hopelijk is het hierna weer beter gegaan, want ze kregen uiteindelijk 7 kinderen. Zie hieronder een samenvatting van het verbaal:
Stadsarchief van Leuven, bundel 9748
“Informatiën preparatoir genomen ten versuecke van d’heer Joan Jacq. Steens, drossaert der stadt van Diest etc., tot laste van Theodor Roucourt, ingesetene der selver stadt”.
Dit document bevat twee getuigenissen, beide op 30 juli 1688 afgelegd bij notaris J(acob) de Roy in Diest.
- Catharina Lenaerts, ongehuwd, 26 jaar, verklaart op verzoek van de drossaard van Diest “op haeren eedt, geattesteert, soo de selve is doende, midts desen waerachtich te wesen, hoe dat sij als dienstbode, alsnu geleden ontrent de drij weken, is commen woonen bij den voors. Theod. Roucourt, in het huijs genoempt Die Drij Nonnen alhier, t’sedert welcken tijdt sij deponente verclaert gehoort ende gesien te hebben, hoe dat hij Roucourt differente reysen, bij avonden, nachten ende ontijden sijne huijsvrouwe qualijck heeft toegegaen, haer naerseggende alle infame ende injurieuse woorden ter wereldt te bedencken, als h**r, vercken, sompekop, leelicke toey ende meer andere dyergelijcke, hebbende sij deponente oock gesien dat hij Roucourt sijne voors. huijsvrouwe met eenen voet op haer lijff heeft gestooten ende voorts deselve differente reijsen heeft gedreijght den hals te breken ende dat mette vuytterste furie ende colere” ... zodanig dat zijn echtgenote meerdere malen uit huis moest vluchten, ook de vorige nacht rond 12u. Ze zocht toevlucht bij Guillam Laets. Roucourt kwam thuis “als eenen rasenden ende vuytsinnighen mensche”. De dienstmeid verklaart dat ze vreesde voor een ongeluk, maar de echtgenote van de buurman (Laets) kwam gelukkig tussenbeide. Toch vrezen de dienstmeid en de buren dat het ooit tot erger komt “tegen de welcke den selven Roucourt differente reyijsen is querellerende ende groote isordres ende onruste is aendoende”. De dienstmeid zette een kruisje als handteken.
- Marie Subé, echtgenote van Guillam Laets kwam ook getuigen : “dewelcke heeft verclaert ende geattesteert, soo de selve is doende midts desen waerachtich te wesen hoe dat t’sedert den tijdt dat Theodor Rouckourt is commen woonen in De Drij Nonnen alhier, sij deponente verscheijde reijsen heeft gehoort ende gesien dat den selven Roucourt sijne huijsvrouwe qualijck heeft getracteert ende geslaghen, soo dat deselve menichmael heeft gevlucht vuytte voorschreven Drij Nonnen ten huyse van haer deponente, soo ende gelijck de selve beneffens haer meyssen den voorleden nacht ten twelff uren is genoodtsaeckt geweest te doen, alswanneer sij deponente gesien heeft denselven Roucour in seer groote furie ende colere /.../ alles tot groot schandael vande gebueren, ...”.
Deze “informatiën preparatoir” hebben ongetwijfeld gediend bij een proces; het is niet duidelijk hoe het verder met Theodoor Roucourt verlopen is. Het stadsarchief van Leuven heeft in de afdeling ‘processen’ ook een drie reeksen ‘vonnissen’, helaas zonder index maar in grote mate chronologisch geklasseerd (drie bundels per jaar).