22/11/2025
Overtijd en nu?
Een normale menstruele cyclus kent 28 dagen. Dag 1 tot 7 menstrueer je, dag 7 tot 14 neemt je lichaam de tijd om toe te werken naar een eisprong (ovulatie), die vindt normaal gesproken plaats op dag 14. Wanneer er geen bevruchting plaatsvindt werkt je lichaam toe naar het afstoten van het slijmvlies in je baarmoeder en zo wordt de cirkel rond. Je hebt de grootste kans om zwanger te worden als je gemeenschap hebt kort voor de ovulatie. (ongeveer 6 uren ervoor). Dat komt omdat het transport voor zaadcellen richting de eileider, dan het meest optimaal gebeurt! Wanneer je het moment van ovulatie probeert te meten met je temperatuur, zie je dat de stijging van een halve graad plaatsvindt kort tijdens of na je ovulatie. Vanaf dag 11 in je cyclus zie je dat het LH (hormoon wat piekt bij de eisprong) gaat toenemen. Dit kun je meten met ovulatietesten. Wanneer je ovulatietesten herhaalt met ongeveer elke 12 uur een test, kun je het moment van eisprong het beste opsporen. Het hormoon HCG is ongeveer 2 weken na een bevruchting meetbaar in je urine. Er zijn verschillende testen op de markt, de ene is wat gevoeliger dan de andere en het kan dus verschillen hoe goed een test HCG meet, maar ook de goedkoopste varianten kunnen 2 weken na zwanger worden een positief resultaat meten. Wanneer je niet ongesteld wordt, kun je dus al testen om te ontdekken of je zwanger bent. Op het moment dat je een positieve test in handen hebt, ben je ook echt zwanger. Op het moment dat je een negatieve test uitslag hebt, kan de test ook gefaald hebben en is het soms zinvol een ander merk test te doen. Als we berekenen hoe ver je zwanger bent, gebruiken we altijd de 1e dag van de laatste menstruatie. Dat betekent theoretisch dat je dus 2 weken meetelt, waarin je nog niet zwanger was. Gelukkig is dat een universele rekenmethode, dat maakt het praktisch.